Als Bart de Wever voorbij Essen de eerste Nederlandse lantaarnpalen passeert die met hun dimbare SON-T-lamp zijn nummerbord extra goed zichtbaar maken
voor de camera’s van de politie, dan moeten wel Groot-Dietse gedachten in hem opwellen. Hij laat immers geen gelegenheid voorbij gaan die aan de andere kant van de staatsgrens te propageren.Volgens de burgemeester van Antwerpen zijn Nederland en Vlaanderen door ongelukkig toeval van elkaar losgescheurd.
Dat maakt de Apollo van het Schoon Verdiep onzeker. Daarom houdt hij zo vast aan de negentiende eeuwse droom van een groot Dietsland met Nederlands als voertaal. Voor Wallonië is daarin geen plaats. Dat is nu eenmaal een ánder volk.Probleem: zet er een SON-T-lamp op en je ziet dat het niet waar is.
Dit neemt niet weg dat de Vlaamse provincies veel meer ervaring hebben met de Waalse dan met de noordelijke Nederlanden, die hun eigen weg kozen, voor een essentieel deel gewezen door gevluchte Vlaamse fundamentalisten. Daarom hebben in de ogen van buitenstaanders Vlaamse en Waalse streken op de taal na zo ontzettend veel gemeen. En zo weinig met de buurlanden Frankrijk en Nederland.Tegelijk is Vlaanderen net als Wallonië in de praktijk een meertalig gewest.